Rond feestdagen die iets van de hoop op nieuw leven uitdrukten, zijn allerlei gewoonten en gebruiken gegroeid. Eieren speelden daarin vaak een rol.
Het spel 'eierdansen' stamt al uit de 16e eeuw, vooral populair tijdens de carnavalsperiode, volgens sommige bronnen op paaszondag. Het spel is een voorloper van ons meisjesspel Hinkelen. Al dansend op één been moet op een afgetekend veld een aantal echte eieren in een kuiltje in de grond worden gewerkt. In de meestal cirkelvorm konden ook obstakels liggen als een steen of plankje. De danser/danseres mocht nooit met twee voeten de grond raken, ook niet om te rusten. Als het ei brak, moest hij/zij een rondje drank aan de omstanders betalen. Maar slaagde de danser erin alle eieren heel in het kuiltje te krijgen dan was hij/zij vrij van eten en drinken.
Lieve Van der Keilen (vroeger Volksdansgroep Godevaert Schoten) vertelt over de door haar gecreëerde dans het volgende :
Ik heb hem gemaakt op de muziek" ouden ouden ezele" van het Kliekske. Als ik mooie muziek hoorde, inspireerde me dat om een dans te maken . Onze muzikant Karel Norga schreef deze muziek dan uit.
Deze dans vraagt de nodige behendigheid en werd toen door onze jongerengroep over verse eieren gedanst. De meisjes dansten hem heel graag en was als voorjaarsdans bedoeld met het ei als kiem van nieuw leven.
Een sterke aanbeveling om deze dans met nepeieren in te oefenen.
Reactie plaatsen
Reacties